Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
bestuiving blauwe bes en framboos

Hommel, honingbij of allebei?

Hommels verdienen een rol in de bestuivingsstrategie van telers van blauwe bessen en frambozen. Dat pleidooi hield Jorden van de Walle, Product Manager Pollination bij Biobest, onlangs. Hommels kunnen goed samenwerken. Namens de Nederlandse Bestuivings Commissie reageert Gerard Hollander met opmerkingen op enkele technische punten uit de bijdrage van Biobest, want de voordelen van de hommel hebben ook weer nadelen.

Hommel sneller?
Zo haakt Gerard in op de bewering van Biobest dat hommels meer bloemen per minuut bezoeken dan honingbijen. Dat is maar hoe je ernaar kijkt, vindt Gerard. "De honingbij maakt een volledig rondje op de bloem van de frambozen en aardbeien, en moet de bloem ook meerdere keren per dag bezoeken, omdat in de bloem zelf steeds andere bloempjes open gaan. De hommel vliegt halverwege het rondje van de bloem weg, en maakt zijn werk niet af. Dat maakt ook het verschil per individu. Omdat de honingbij het volledige rondje maakt, heeft zij langer werk per bloem."

Om zijn bewering te ondersteunen, deelt Gerard een tabel met een vergelijking van een hommelvolk en een klein bijenvolk. Een groot bijen volk kan uitgroeien tot 80.000 stuks.

© Nederlandse Bestuivings Commissie

Groter niet beter
Hoe hommels en honingbijen hun werk doen, verschilt. Jorden wijst op de 'unieke bestuivingstechniek van hommels, 'buzz-bestuiving'. "Met hun lange tong halen ze de nectar uit de bloemen zonder de bloemen te beschadigen, terwijl bijen onderin de bloem een gaatje maken om bij de nectar te komen", stelt hij. Gevolgd door. "Hierbij bijten ze zich vast in naar beneden hangende bloemen en laten ze hun vliegspieren trillen op hoge frequentie. Daardoor komt het stuifmeel los en verloopt de bevruchting een stuk efficiënter."

Gerard zet bij deze uitleg over bestuiving van blauwe bessen vraagtekens. De tong van de hommel is inderdaad langer, maar het feit dat een hommel groter is, heeft ook nadelen. "Omdat de hommel groter is dan de honingbij, is hij niet altijd in staat onder in de bloem te komen van de blauwe bes, ondanks zijn langere tong om bij de nectar te komen." Het is ook niet de honingbij, maar de hommel die een gaatje maakt in de bloem, volgens Gerard. "Een gaatje maken, dat doet de hommel, en als het gaatje erin zit, kan de honingbij daar ook gebruik van gaan maken."

© Nederlandse Bestuivings CommissieDe honingbij gaat het stuifmeel van de voorzijde van de bloem van de blauwe bes halen, en daar bestuift de bij de bloem.

Trillen
De vertegenwoordiger van de Nederlandse Bestuivings Commissie wijst erop dat hommels uitermate geschikt zijn voor bestuiving van tomaten, waarbij getrild moet worden. "Omdat hommels ook vliegen als de bloem geen nectar of stuifmeel vrijlaat, beschadigen zij de bloem, doordat ze boos worden omdat ze niets krijgen. Als hommels boos worden, gaan ze trillen. Dat worden stampers beschadigd of bijten ze bloemen open, evenals de helmknoppen. En beschadigen ze zo veel bloemen."

De honingbij vliegt op de bloem, alleen als de bloem bevruchting en bestuiving toelaat. "Dat betekent dat de honingbij pas gaat vliegen als de bloem van de plant nectar of stuifmeel vrij laat. Dat is ook het moment dat de bloem bevrucht kan worden. Aan dat juiste moment zitten veel andere factoren aan vast, en dat is bij elke plant verschillend."

Volgens de Nederlandse Bestuivings Commissie zijn telers, als ze voldoende bijenvolken gebruiken, verzekerd van topkwaliteit, andere factoren die het eindresultaat van bestuiving kunnen beïnvloeden in ogen schouw nemend, zoals droogte, hitte en ziekte in planten.

Biobest wijst erop dat kou, regen, mist en wind de activiteit van honingbijen aanzienlijk kunnen beperken in het vroege voorjaar. Gerard geeft echter aan dat 'alleen honingbijen in staat zijn in korte periode op een dag, als het gunstig weer is, grote hoeveelheden bloemen te bezoeken.' "Honingbijen kunnen goed pieken als dat nodig is. Zijn er in het veld voldoende honingbijen, dan gaan andere bijen van hetzelfde volk naar een ander gewas dat bloeit, of als dat er niet is, blijven ze thuis."

Voor meer informatie:
Nederlandse Bestuivings Commissie
info@nederlandsebestuivingscommissie.nl
www.nederlandsebestuivingscommissie.nl