De bestuurders van een failliet kastechniekbedrijf geven nog altijd niet echt thuis. Ook met de gebrekkige administratie komt de curator niet echt verder. Er ontbreekt boekhouding in de jaren voor het faillissement, waardoor het onderzoek voorlopig dood loopt.
Dat blijkt uit een nieuw faillissementsverslag, waarin de curator zich beklaagt over het uitblijven van echt contact met de belangrijkste bestuurder, die in het buitenland verblijft. De andere bestuurder heeft de curator inmiddels wel gesproken. Tussen beide bestuurders bestaat een familieband.
De tweede bestuurder heeft de curator laten weten dat zijn inschrijving als bestuurder in het handelsregister hem simpelweg is medegedeeld met het verzoek op eerste aanvraag handelingen namens de vennootschap te verrichten. Dat laatste, zo stelt hij, is hem nooit verzocht. Daarom zegt hij niets te kunnen verklaren.
De curator blijft zoeken naar antwoord op openstaande vragen in het faillissement van GA Horticulture. Zonder echt contact met de eerste bestuurder, die nog geen (bevredigend) en met stukken onderbouwde antwoorden op vragen van de curator heeft gegeven, is het echter onmogelijk 'om wezenlijk van belang zijnde vragen beantwoord te krijgen.' Voor faillissementsdatum zijn er vele betalingen verricht aan een voormalige bestuurder, heeft de curator ontdekt. De achtergrond daarvan 'blijft volstrekt onduidelijk.'
Het aantal concurrente crediteuren in het faillissement is opgelopen tot 6, voor inmiddels een bedrag van ruim 188 duizend euro.
Op 30 juli is faillissement uitgesproken over GA Horticulture. Als curator is mr R.P. de Bruin uit Alphen aan den Rijn aangesteld. Het faillissement is geregistreerd onder kenmerk: 09.dha.24.286.F.1300.1.24.