Tholen - Het begrip ICM hebben ze bij Royal Brinkman niet uitgevonden. Het bestaat al. De WUR doet er ook onderzoek naar. Wat Royal Brinkman nu samen met partners en telers doet is het begrip Integrated Crop Management praktische handen en voeten geven voor de glastuinbouw, met speciale aandacht voor data en digitale technieken.
En aandacht voor successen die al geboekt zijn, door op één van de vijftien kennisgebieden in de ICM-systeemaanpak veranderingen door te voeren. Gewasbescherming is namelijk allang niet meer alleen het 'naar de spuit grijpen als iets fout is gegaan'.
In het maatschappelijk en politiek debat leeft dat beeld nog wel sterk, blijkt telkens weer. De glastuinbouwsector ligt dit najaar opnieuw onder een vergrootglas. De bloemen in het boeket zijn niet zonder gebruik van gewasbeschermingsmiddelen geteeld. Daar vindt men wat van. En daar moet de glastuinbouwsector ook wat mee. "De sector heeft alleen niet zo'n krachtige stem als bijvoorbeeld ASML", erkent Thomas Kern. Hij is Business Development & Strategy Manager bij Royal Brinkman, en in die rol gericht op weerbaar telen en ICM.
Niet duurder
De glastuinbouwsector heeft al veel stappen gezet. Daarover richting consument goed communiceren, blijkt lastig. Data en succesverhalen kunnen helpen. Op beide vlakken wil Royal Brinkman bijdragen. De transitie naar weerbaar telen moet sneller, zeker nu de maatschappelijke en politieke druk groter wordt op gewasbeschermingsmiddelen.
Met de dit najaar geïntroduceerde ICM-systeemaanpak kijkt Royal Brinkman breder bij het oplossen van gewasbeschermingsproblemen. In de ontwikkelde systeemaanpak worden vijftien kennisgebieden gecombineerd met data.
De breed werkende chemische gewasbeschermingsmiddelen waarop de teler vroeger kon vertrouwen, die verdwijnen steeds meer of zijn er al niet meer. De angst bestaat dat het met nieuwe middelen, waaronder bijvoorbeeld het preventief inzetten van biologische bestrijders, duurder wordt om ziekten en plagen onder controle te houden.
Thomas, die ook bestuurslid is bij sectororganisaties Artemis en Agrodis, herkent dat beeld dat bij aanpassingen in gewasbescherming de teelt ook duurder kan worden. "Toch is dat niet altijd zo, zeker niet als je mét goede data kunt werken." Bij precisie-gewasbescherming is het mogelijk om slechts een specifieke hoek van de kas te behandelen met een gewasbeschermingsmiddel, in plaats van de gehele kas.
Data
Voor precisie-gewasbescherming is betrouwbare data essentieel. Van goede data kan de sector ook leren. Met het omzetten van data naar waarde zit de sector nog wel in de beginnende fase, merkt Thomas. "Wij merken dat er nog vaak een tekort is aan goede data om stappen te kunnen zetten met digitale gewasbescherming. Er is aanzienlijk meer data nodig om effectief te kunnen sturen in de teelt."
Royal Brinkman introduceerde dit voorjaar ook het digitale data-analyseplatform Auxin. Met het platform wordt het mogelijk verbanden te leggen tussen datamodules, en tussen tot nu toe vaak nog versnipperde data. De eerste telers zijn dit jaar met Auxin gestart.
Data verzamelen kost tijd, realiseert Thomas zich. De telers die met Auxin zijn gaan werken, werkten al met de app MyScout. De app is een alternatief voor het traditionele kladblok en de papieren opdracht voor de gewasbeschermingsspecialist.
In tegenstelling tot een vluchtig papiertje, blijft de data die via MyScout wordt verzameld bestaan en is deze van grote waarde. "Het is nu zaak te investeren in kwalitatieve data voor succesvol Integrated Crop Management in de toekomst. Over een paar jaar ga je echt de effecten zien van de inspanningen die we nu verrichten."
MyScout, in gebruik bij teler Hans van Holstein
Kleine succesjes
Telers hoeven echter niet zo lang te wachten. Met de juiste ingrepen kunnen ze ook nu al succes boeken dankzij de ICM-systeemaanpak. Zo kunnen bijvoorbeeld mechanische maatregelen, zoals installatie van insectengaas, de plaagdruk in de kas verminderen. Steeds meer telers kiezen voor het afgazen van hun kas.
Maar is het 'mislukt' als er ondanks deze maatregel toch een plaaginsect voor problemen zorgt? Nee. Het gaat om de systeemaanpak. Op alle vijftien kennisgebieden uit de ICM-aanpak kunnen telers dikwijls nog stappen zetten.
De afgelopen jaren is het idee van gewasbescherming steeds meer van curatief naar preventief gegaan. De volgende stap is 'van prevention naar prediction', oftewel voorspellen.
De scoutgegevens uit MyScout worden in het platform Auxin gecombineerd met andere kasmetingen, zodat de adviezen in de Adviesgenerator specifiek afgestemd zijn op de unieke omstandigheden in de eigen kas. Hierdoor ontstaan gepersonaliseerde en situatiegerichte adviezen die direct aansluiten bij de meetresultaten van de teler zelf. Thomas benadrukt dat we er nog niet zijn: de automatische koppeling tussen MyScout, Auxin en de Adviesgenerator is nog in ontwikkeling. Er wordt hard gewerkt om dit binnenkort mogelijk te maken.
Door de snelle technologische ontwikkelingen ziet Royal Brinkman zich gedwongen om regelmatig de koers te verleggen. Wat aanvankelijk een veelbelovende oplossing leek, kan al snel worden ingehaald door nieuwe technieken met hogere effectiviteit. "Dit voortdurende aanpassen brengt uitdagingen met zich mee, vooral in het overtuigen van gebruikers van de waarde en betrouwbaarheid van de nieuwste technologieën."
Wennen
De ontwikkeling van zulke geavanceerde systemen vereist aanzienlijke investeringen, iets waar de hele sector aan moet wennen. "Traditioneel zijn we gewend aan een stabieler innovatieproces, maar de snelle technologische vooruitgang vraagt nu om een andere aanpak en mentaliteit. Voor een bedrijf als Royal Brinkman, met oorsprong als handelsbedrijf, betekent dit een omschakeling naar het denken in langdurige investeringen en het dragen van ontwikkelingskosten."
De keuze voor een ICM-systeemaanpak roept de vraag op wat op dit moment de zwakste schakel is. "Hoewel het misschien voor de hand ligt, blijkt dit vaak de mens zelf te zijn. En dan bedoel ik iedereen, die bij in het systeemdenken betrokken is, van ontwikkeling tot uitvoering en gebruik."
Thomas geeft als voorbeeld de Adviesgenerator die met steeds meer data wordt gevoed. "Hierdoor worden de adviezen voor gewasbeschermingsmiddelen steeds beter. Toch kunnen de adviezen soms afwijken van wat specialisten of telers gewend zijn, wat aanvankelijk tot twijfels over de technologie kan leiden."
De overtuiging dat 'groene vingers' meer kunnen dan technologie, kan technische vooruitgang soms in de weg staan, merkt de Business Development & Strategy Manager op. "Camera's en sensoren zijn daar een goed voorbeeld van; zij kunnen inmiddels echt al veel meer waarnemen dan wij mensen. De essentie ligt in wat we met deze waarnemingen doen."
Tijd
Voor de transitie waarin de glastuinbouw zit, is het zaak op moderne technieken te gaan vertrouwen. Maar het is niet de enige voorwaarde voor een succesvolle transitie naar weerbaar telen. "Het krimpen van het middelenpakket moet ook niet te snel gaan. Investeren in nieuwe technieken kost tijd. In de tussenfase moeten er wel middelen beschikbaar blijven om ziekten en plagen goed aan te kunnen pakken."
Thomas haalt als voorbeeld de registratie van Biocontrol, ook wel 'groene middelen' genoemd, aan. De registratie duurt lang. Het gaat de sector niet snel genoeg. Dit voorjaar kwamen kersentelers daarom nog in de problemen.
Een ander voorbeeld kent Thomas uit de tomatenteelt, en de strijd tegen Tuta absoluta. "Deze plaag kan onder controle gebracht worden met hulp van monitoring met feromonen. De volgende uitdaging wordt Turkse mot. Ook hier kan een soortgelijke systeemaanpak uitkomst bieden, maar de lange toelatingsprocedures vormen opnieuw een obstakel."
Lees hier meer over Auxin in een dit voorjaar gepubliceerd artikel.
Concurrentie
De meeste van de vijftien kennisgebieden in de ICM-waaier slaan niet op gewasbeschermingsmiddelen. Het geheel is complexer. Royal Brinkman nodigt nadrukkelijk ook andere bedrijven uit alle betrokken kennisgebieden uit om samen te werken aan de ICM-koers. Maar wordt die uitnodiging ook aangenomen?
Thomas erkent dat een samenwerking tussen veel partijen in deze nieuwe realiteit uitdagend kan zijn vanwege concurrentie. "Naast het bestaande netwerk van kennispartners en bedrijven sluiten zich steeds meer nieuwe bedrijven aan om samen te werken aan ICM. Je kunt ook met voormalig concurrerende bedrijven goed samenwerken, mits iedereen zijn belangen kenbaar maakt en bereid is op zoek te gaan naar de gemene deler." Telers hebben hierin ook een rol. Zij werken vaak al samen met meerdere partijen, en kunnen samenwerking tussen verschillende partijen stimuleren.
Op het gebied van digitaal scouten gaan de ontwikkelingen met de nieuwste technieken inmiddels snel. Kleine succesjes zijn belangrijk om deelnemers te motiveren om inspanningen te blijven leveren, te beginnen met dataverzameling. Royal Brinkman heeft met partners en telers de eerste stappen gezet, en dat stemt Thomas positief. "Initiatief vanuit de sector zelf is het meest effectief. Zo wordt het makkelijker omarmd."
Voor meer informatie:
Thomas Kern
Royal Brinkman
[email protected]
www.royalbrinkman.nl/icm