In Primeur nummer 5 van 27 oktober 1989 een artikel over een avontuur van onze toenmalige redacteur Gé van Berkel, die meeging naar Spanje als bijrijder op een koelvrachtwagen. Hij vergezelde Luc de Mey van D.R. Cargo op zijn rit en maakte daar het nodige mee. Lees hier het hele verslag van deze avontuurlijke reis.
Retour Spanje met een trucker: minder romantisch dan men denkt
Als hongerige insekten op zoek naar voedsel doorkruisen ontelbare vrachtauto's van velerlei uitvoering, laadvermogen en herkomst dag en nacht het internationale wegennet. Van hen vormen de reuzen van de weg, de kleurrijke trucks de meest opvallende verschijning. Schijnbaar onstuitbaar denderen ze over autobanen en provinciale wegen voort, zoeken ze moeizaam hun weg door overvolle steden of kruipen hortend en stotend door nauwe dorpsstraten. Het leven van de 'truckers', wordt dikwijls door buitenstaanders geromantiseerd en bestempeld als ongebonden, afwisselend en avontuurlijk. Onze redacteur Gé van Berkel wilde uit eigen ervaring dit beeld aan de praktijk toetsen en maakte als bijrijder met een frigo-vrachtcombinatie een retour België-Spanje mee. Hier volgt zijn verslag.
Trucker Luc de Mey voor zijn koelcombinatie van D.R. Cargo
M.A.N. met turbo
Het is dinsdagochtend tien voor acht als de 36-jarige Luc de Mey, een van de vijf chauffeurs van D.R. Cargo, de transportpoot van E. de Roeck en Zonen N.V. uit Appels bij Dendermonde, zijn 22 tons en bijna 16 meter lange M.A.N. truck met oplegger bestijgt en de 360 PK turbomotor met intercooler start met bestemming Cartagena in Zuid-Spanje. De vracht bestaat uit 17 ton diepgevroren snacks als kroketten, saté, hamburgers, loempia's als- mede gekoelde salades, ketchup en mayonaise die voor fabrikant Beckers uit het Belgische Essen in Cartagena afgeleverd moeten worden. Op de terugweg moeten citroenen voor de Brusselse Vroegmarkt worden meegenomen.
Luc de Mey zit al vanaf zijn 16de jaar in het zware transport. Voordat hij in februari van dit jaar bij De Roeck in dienst trad vervoerde hij voor een Belgische firma meubels naar Zwitserland. Voor De Roeck rijdt hij wekelijks naar Spanje of Portugal zodat wegen naar en in Barcelona, Madrid, Valencia, Alicante en Lissabon hem even vertrouwd zijn geworden als die naar en in Antwerpen, Brussel en Gent. Terwijl hij zijn kolos soepel door de nauwe straten van Appels loodst en de grote weg naar Brussel inslaat, zegt hij: "Het leven van een trucker romatisch en avontuurlijk? Vergeet het maar. Het is een keihard en afmattend beroep dat het uiterste van je lichaam en geest vergt. Geen moment mag je je concentratie op de weg verliezen. Voortdurend kan er iets in het verkeer gebeuren waarop je bliksemsnel moet kunnen reageren, zo niet dan kunnen de ergste dingen gebeuren. Daarom is op de lange ritten voldoende rust en slaap een eerste vereiste. Jammer genoeg komt daar meestal weinig van terecht. Werkweken van zeven dagen en dat gedurende maanden achtereen zijn helaas meer regel dan uitzondering. Het loon mag dan, vergeleken met dat van een gemiddelde vrachtwagenchauffeur beter zijn, daar staat tegenover dat hij veel kortere afstanden rijdt, dagelijks en zeker met de weekeinden thuis is."
Lange rijen vrachtauto's wachten op het douane-centrum La Jonquera in Noord-Spanje
Verplichte stop
Na drie uur rijden wordt bij de Luxemburgse grens de eerste verplichte ruststop van drie kwartier gehouden. Gedurende de hele rit moeten deze pauzes na iedere drie uur in acht worden genomen. De stops en rijsnelheden worden nauwkeurig door de tachograaf geregistreerd en zijn op de daarbij behorende schijf afleesbaar.
"Ontduiking van de stops en de voor zware voertuigen geldende maximum snelheid is dus erg riskant, want je wordt op de meest onverwachte momenten door de politie gecontroleerd", zegt Luc. Even later wordt hij via de mobilofoon - in de volksmond c.b. of bakkie genoemd - door een tegemoetkomende collega gewaarschuwd voor een politiecontrole tussen Nancy en Dijon. Inderdaad worden we op dat stuk weg aangehouden en vraagt een vrouwelijke agente Luc naar zijn autopapieren, vrachtdocumenten en tachograafschijf. Als alles in orde blijkt en de wagen weer optrekt, zegt Luc spottend: "Je kan wel merken dat het mooi weer is. Bij slecht weer zie je lang niet zoveel politie langs de weg." 's Avonds en een deel van de nacht doorrijdend met inachtneming van de verplichte rustpauzes passeren we woensdagochtend om half vier de Spaanse grens en bereiken het reusachtige douane-centrum La Jonquera. Met moeite vindt Luc een parkeerplaats tussen de talloze daar opgestelde vrachtauto's van velerlei nationaliteiten, wachtend om in- of uitgeklaard te worden. Luc begeeft zich, na enkele uurtjes slaap, naar het kantoor van douaneagent Juan Castello Girona om zijn invoerdocumenten te laten afstempelen. Op mijn vraag hoelang zoiets duurt, zegt hij berustend: "Dat moet je maar gewoon afwachten. Op een uur meer of minder kijken ze hier niet. Het is me meer dan eens overkomen dat ik pas na zes uur wachten de vereiste invoervergunning kreeg. Het hangt ervan af waaruit je vracht bestaat. Bij frigo's met voedingsmiddelen doen ze moeilijker dan bij zeilwagens. Als je aan zo'n douaneagent vraagt waarom het altijd zo lang moet duren, krijg je vaak als antwoord: 'Muchas problemas', wat veel problemen betekent. In Portugal heb ik zelfs eens drie volle dagen op mijn invoervergunning moeten wachten."
Belgische 'truckers' wisselen ervaringen uit tijdens het lange wachten bij de Spaanse douane.
Ook enkele Belgische truckers die we ontmoeten weten over de lange wachttijden in Spanje mee te praten. Ronny de Temmerman uit Oudenaarde vertelt dat hij 24 uur op zijn invoervergunning voor een partij graszoden heeft moeten wachten. "En in Lissabon drie dagen voor drie rollen staaldraad. Ongelooflijk, maar waar."
Zakkenvullers
Tegen het middaguur komen een controleur en zijn assistent naar de wagen van De Roeck. Nadat de deuren aan de achterzijde zijn geopend, worden kartons met potten mayonaise, ketchup en andere sauzen opengesneden. Zo nu en dan worden er potten en tubes in de door de controleurs meegebrachte plastic zakken gestopt, kennelijk om nader te worden onderzocht, maar de toekijkende chauffeurs hebben daar blijkens hun commentaar andere ideeën over. Niet tevreden willen de controleurs ook in de achter een tussenschot gelegen vriesruimte een kijkje nemen. Ook daar worden ettelijke kartons met diepgevroren snacks geopend en verdwijnen hamburgers, kroketten, saté's e.d. in plastic zakken, voldoende om een flink Spaans gezin dagenlang van de frituur te laten eten. Tenslotte vertrekken de controleurs sjouwend met de goedgevulde zakken, richting kantoor.
Politieoptreden
Even verderop is ook met een Franse appels geladen Belgische Frigo het doelwit van Spaanse controledrift. Een dozijn mannen staat in de wagen en graait lukraak in de met prachtige wijnrode en gave vruchten gevulde kistjes. Tal van appels worden doormidden gesneden, vluchtig bekeken en vervolgens op de grond gesmeten. Intussen laten de Spanjaarden zich het fruit goed smaken, zich niets aantrekkend van de kritisch toekijkende Belgische en Franse chauffeurs. Nadat ik enkele foto's van het tafereel had genomen bleek dit minder in de smaak te vallen. Een van de Spanjaarden, die kennelijk met de leiding was belast, verwijderde zich en kwam even later met een dozijn leden van de Guardia Civil terug mij als de grote boosdoener aanwijzend. Een van de politiemannen vroeg of ik toestemming had om foto's te maken. Op mijn ontkennend antwoord vorderde hij mijn camera, opende deze en trachtte de film eruit te trekken wat mislukte. Ik zei dat de gewraakte foto's nu toch waren mislukt waarna de politieman het daarbij wilde laten. Maar de Spanjaard die de politie erbij had gehaald wees op mijn fototas en zei dat ik daar een volgeschoten filmrol had zitten. Toen de zich overigens beleefd gedragende politieman die rolletje opeiste maakte ik hem duidelijk dat daar in België en Frankrijk gemaakte opnamen opstonden. Daarop drong de politieman niet verder aan en na mij gewaarschuwd te hebben geen foto's meer op he douaneterrein te maken, verwijderde hij zich met zijn manschappen.
De Roeck lost een lading diepvriessnack in Cartagena.
Zeven uur wachten
Om twee uur 's middags, na bijna zeven uur wachten, ontving Luc eindelijk zijn invoervergunning en konden we verder Spanje in langs de oostkust via Barcelona, Tarragona, Valencia en Alicante naar Cartagena waar we de volgende ochtend om 9 uur aankwamen om in het koelhuis van de firma Frigorificos Balsalobre de Beckers produkten te lossen. Tot zover hadden we vanaf Dendermonde 2.050 km afgelegd. Daarna reden we naar Beniel bij Murcia om bij Miguel Parra 18 ton citroenen van het merk Lemon King te laden. Vervolgens zetten we koers naar Alicante om bij de douane 'papieren te maken' zoals Luc het uitdrukte. Gelukkig duurde daar het wachten slechts anderhalf uur. In de daarop volgende nacht gunden we ons bij Castellon enkele uurtjes slaap en een verfrissende douche. Vrijdagmorgen half negen bereikten we de Spaans-Franse grens waar het afstempelen van de documenten slechts enkele minuten duurde.
Inpaksters van citroenen in het bedrijf van Miguel Parra in Beniel bij Murcia (Spanje).
Aanschuiven
Vanaf Perpignan konden we op de Autoroute du Soleil een vrij constant tempo aanhouden, maar vlak voor Lyon werd Lucs vrees voor verkeersopstoppingen in deze stad bewaarheid. "Dat wordt aanschuiven." Inderdaad raakten we omstreeks het spitsuur van 17 uur hopeloos vast in de drie rijen dikke en vele kilometers lange files van stilstaande en voortkruipende voertuigen in het stelsel van tunnels, bruggen en aansluitende wegen. Nabij Parijs pikten we nog enkele uurtjes slaap mee alvorens aan het laatste traject naar Brussel te beginnen. Zaterdagmorgen om 8.40 uur reden we het terrein van de Brusselse Vroegmarkt op. Na bij de douane de laatste invoerformaliteiten te hebben vervuld kon Luc met het lossen van de citroenen aan het magazijn van E. de Roeck beginnen. Een goed uur later was de truck op zijn basis in Appels terug. De teller gaf aan dat er op de heen- en terugreis precies 4.362 km waren afgelegd.
Spaanse douaniers onderzoeken een lading mayonaise, ketchup en slasauzen op mogelijke contrabande en vullen hun meegebrachte plastic tassen - deze foto is nog bewaard gebleven, ondanks dat de politieman de fotocamera had geopend!
Conclusie
Lange-afstandtruckers als Luc de Mey verdienen groot respect voor de wijze waarop zij onder moeilijke omstandigheden hun werk doen.
Bron: Primeur - 4e jaargang - nr. 5 - 27 oktober 1989