Twee weken na aankoop van grond om een grootschalig glastuinbouwbedrijf op te bouwen verdween een voor de teler belangrijke ontsluitingsweg. Het is voor de teler, die in fases wil groeien, reden om ruim 6,5 ton schadevergoeding te claimen bij de gemeente.
Twee van de drie groeistappen heeft de aardbeienteler al gezet. Het bedrijf wil geld zien omdat men zegt nu zelf een (extra) ontsluitingsweg moet aanleggen. Bovendien betekent aanleg van die weg dat er hierdoor minder grond op het perceel overblijft voor de voorziene bedrijfsactiviteiten.
Tijdens de rechtszaak is gebleken dat de aardbeienteler, die graag met een 'schone' en 'vuile' weg werkt, de tweede weg vooral in noodgevallen wilde gebruiken. De ontsluiting zou bijvoorbeeld nodig zijn in geval van een ziekte in een deel van de kassen.
De teler wil graag een optimale inrichting van het kassencomplex. Fase drie van de bouw van het complex is nog niet uitgevoerd. De rechter wijst erop dat er 'tot nog toe voldoende' mogelijkheden zijn om het complex te bereiken zonder een tweede ontsluitingsweg.
De gemeente wees een verzoek van de teler om financiƫle compensatie enkele jaren terug al af. Ook een beroep op dat besluit werd door de gemeente ongegrond verklaard.
De rechter verklaart het beroep van de teler tegen het besluit van de gemeente Horst aan de Maas om een weg aan de openbaarheid te onttrekken om bovengenoemde redenen ook ongegrond, zo blijkt uit de uitspraak van 16 augustus. De uitspraak van de Rechtbank Limburg is op 13 september gepubliceerd.