Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Tomaten óf tomatenplukker importeren?

Is het soms niet beter om tomaten te importeren dan om tomaten te plukken? Die vraag stelde Joost Eerdmans van JA21 afgelopen week in een commissiedebat over arbeidsmigratie. Bij de start van een nieuw politiek seizoen staat het onderwerp arbeidsmigratie hoog op de agenda.

Caroline van der Plas van de BBB was er als de kippen bij om Eerdmans naar de exacte bedoeling van zijn woorden te vragen. Wil JA21 soms de tomatenteelt in Nederland laten verdwijnen? Nee, verduidelijkte Eerdmans, maar met het voorbeeld wil hij wel een discussie voeren over of alle arbeidsmigratie wel goed is voor Nederland.

Eerdmans: "Ik denk dat je je soms moet afvragen of je beter het product kunt importeren of, in dit geval, de tomatenplukker hiernaartoe kunt halen; de tomaat of de tomatenplukker dus. Dat is een voorbeeld. Ik zeg niet dat we de hele tomatenpluk overboord moeten zetten, maar soms moet je je afvragen — ik denk dat dat een heel reële vraag is — welke gevolgen de productie die je levert heeft ten opzichte van het effect als je het product gewoon naar Nederland haalt. Het is eigenlijk een bijna retorische vraag van mijn kant, die ik aan het kabinet stel, of dat niet een hele goede overweging kan zijn. Kan je laagproductieve arbeid voorkomen door producten hiernaartoe te halen, in plaats van de producenten of de makers?"

Kiezen tussen sectoren?
De VVD trapte recent de discussie over arbeidsmigratie al af, met een visiedocument. In het commissiedebat van 4 september toonde Thierry Aartsen zich namens die partij kritisch na een bijdrage van Mirjam Bikker van de ChristenUnie. Zij wijst er na het voorstel van de VVD'er om uit te gaan zoeken waar er arbeidsbesparingen mogelijk zijn op dat het dan ook op gaat vallen dat dat niet in alle sectoren makkelijk mogelijk is. Hierdoor kan het nodig zijn te gaan kiezen tussen sectoren.

Daarop reageert Aartsen. Over dat punt van kiezen tussen sectoren die wel, niet of minder plek hebben in Nederland zegt hij dat het 'een illusie' is de dames en heren politici in Den Haag kunnen bepalen hoe de Nederlandse economie eruitziet. "Gaan we dan op ons fietsje naar het Westland om aan te bellen bij een tomatenkweker? "Hallo, we hebben vanachter een Haags bureau besloten dat u weg moet." Dat gaat niet. Dat zijn prachtige, mooie woorden die we hier met elkaar kunnen uitspreken, maar de economische weerbarstigheid is echt anders. We hebben vrijheid van economie en van ondernemerschap."

Nederland is een ondernemersland. Hoe kan je dan sturen op de economie? Wat de VVD betreft gebeurt dat door te kijken of er slimme fiscale maatregelen genomen kunnen worden die ervoor zorgen dat er minder arbeidsmigranten nodig zijn in plaats van dat de productie omhoog gaat en er dus juist meer arbeidsmigranten nodig zijn. Op die manier draagt het volgens Aartsen iets bij aan de maatschappij. "Dan mogen er wat mij betreft tomaten geplukt worden en ook distributiecentra en slachterijen zijn, als we dat netjes en goed organiseren met elkaar. Want we eten met elkaar vlees in Nederland, in ieder geval 95% van dit land, dus dan zal dat ook moeten worden gedaan. Laten we dat doen op een manier die minder belastend is voor de maatschappij. Dat is mijn pleidooi."