Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

De verschillen tussen het achterdeurbeleid en het Experiment Gesloten Coffeeshopketen

Nederland was een van de eerste landen die de verkoop en het gebruik van cannabis tolereerde, voornamelijk via het beroemde "coffeeshop"-model. Dit systeem heeft echter lange tijd gewerkt onder een zogenaamd "achterdeurbeleid", waarbij de verkoop van cannabis legaal is, maar de keten die de cannabis naar deze shops brengt illegaal blijft.

Om deze problemen aan te pakken, startte de Nederlandse overheid in 2017 het Experiment Gesloten Coffeeshopketen. Na zes jaar voorbereiding gaat het experiment eindelijk van start, met tien deelnemende gemeenten: Almere, Arnhem, Voorne aan Zee, Groningen, Zaanstad, Nijmegen, Tilburg, Heerle, Maastricht en Breda. Opmerkelijk is dat Amsterdam, ondanks dat het wereldwijd bekend staat om zijn coffeeshops, niet meedoet aan dit experiment.

In een recente YouTube-video van Spuiten en Slikken, neemt het filmpje ons mee op een reis om de verschillen te ontdekken tussen het oude Nederlandse achterdeurbeleid en het Experiment Gesloten Coffeeshopketen. Hierbij delen ze de gedachten en meningen van een coffeeshophouder in Amsterdam.

Achterdeur versus Experiment Gesloten Coffeeshopketen
Jarenlang opereerden cannabistelers in Nederland in een legaal grijs gebied. Hoewel het eindproduct legaal kan worden verkocht in coffeeshops, blijft het kweekproces illegaal, waardoor telers kwetsbaar zijn voor juridische risico's en problemen hebben met de kwaliteitscontrole.

Telers hebben hun frustratie geuit over het huidige systeem en opgemerkt dat ze vaak schimmel en plagen in hun gewassen aantreffen, wat de kwaliteit van de cannabis in gevaar kan brengen. Dit is een van de belangrijkste uitdagingen die de eigenaar van de coffeeshop noemt. Het ontbreekt hen namelijk aan legale middelen om hun producten goed te testen en de veiligheid ervan te garanderen. Dit staat in schril contrast met andere gereguleerde sectoren, waar producten zoals appelsap voorzien zijn van labels die de kwaliteit en veiligheid voor consumenten garanderen, legt de coffeeshophouder uit.

Het Experiment Gesloten Coffeeshopketen zou een oplossing bieden voor deze problemen. Door legale teelt toe te staan, kunnen telers hun gewassen nu beter testen en controleren, zodat de cannabis die in coffeeshops wordt verkocht veilig en van hoge kwaliteit is. Het experiment legt ook strenge hygiënenormen op, waarbij desinfectieprotocollen en een gedetailleerde administratie voor elke plant worden vereist.

De video neemt ons inderdaad mee naar een van de telers die deelneemt aan deze pilot. De journalist is verbaasd bij het zien van de duizenden planten die groeien en vraagt zelfs of dat allemaal wel legaal is. Omdat we gewend zijn om dergelijke opstellingen alleen te zien in nieuwsuitzendingen over illegale kweek, is het geen wonder dat zo'n aanblik ongekend is voor het Noord-Europese land. Binnenkijken bij zo'n legale, geavanceerde teelt bewijst echter wat telers kunnen bereiken als ze op grote schaal professioneel cannabis mogen kweken.

Een van de belangrijkste argumenten voor het experiment is het potentieel om de illegale markt te ondermijnen. Door een legaal alternatief te bieden, wil het experiment de vraag naar cannabis van de illegale markt verminderen, die vaak geen kwaliteitscontrole heeft en gevaarlijker kan zijn voor consumenten.

Er zijn echter nog steeds zorgen over de praktische uitvoerbaarheid van het experiment. Coffeeshops mogen momenteel maar 500 gram cannabis op een willekeurig moment bewaren, wat onvoldoende is om aan de dagelijkse vraag te voldoen. In de video leggen ze uit dat een coffeeshop gemiddeld ongeveer 1.300 gram cannabis per dag verkoopt. Deze beperking blijft een stressvolle omgeving creëren voor coffeeshophouders, die hun voorraad discreet moeten aanvullen zonder wettelijke aandacht te trekken. De hoop is dat het experiment uiteindelijk zal leiden tot een veiliger en duurzamer systeem, niet alleen voor consumenten, maar ook voor bedrijven.

Niet zoals gepland
Tegelijkertijd verloopt de pilot langzamer dan verwacht. In een brief aan de Tweede Kamer wordt gesuggereerd dat er wellicht een langere overgangsfase nodig is. De teelt blijft achter en telers ondervinden meer problemen dan verwacht - althans volgens het oorspronkelijke plan. "Track & trace gegevens laten zien dat de productie van cannabis en hasj bij de eerste drie telers die nu in productie zijn, achterblijft bij de productieverwachtingen die de telers in maart vorig jaar hadden gemaakt," staat in de brief. "In antwoord op de vragenlijst gaf de meerderheid van de coffeeshophouders aan dat ze momenteel niet in staat zijn om hun klanten te voorzien van een gevarieerd aanbod van cannabisproducten. Om van een voldoende divers aanbod te kunnen spreken, gaven coffeeshophouders aan dat er zeker meer dan drie telers bereid moeten zijn om te leveren. Ook burgemeesters van de deelnemende gemeenten uitten hun zorgen over onvoldoende (divers) aanbod."

Van de 10 telers die deelnemen aan de pilot, zijn er slechts drie daadwerkelijk aan het produceren. Twee hebben vertraging opgelopen en de overige vijf zijn nog niet eens begonnen. Er staat veel op het spel voor de sector, maar de kansen zijn er. Zodra de problemen worden opgelost, heeft het Nederlandse experiment het potentieel om een van de eerste Europese voorbeelden te worden van een legale, gesloten keten voor cannabis.