Nog een jaartje mag Leo Prins (65) uit Naaldwijk doen wat hij graag doet: mensen wegwijs maken in het autoverkeer. Vroeger was hij tuinder, al was dat niet de bedoeling. "Ik wilde hovenier worden. Dat leek me veel leuker dan tuinder", vertelt hij in de serie 'Op de pijp met...' van Rodi.
Uiteindelijk werd hij toch tuinder. Dat was in 1978. Crisistijd, dus werk vinden was lastig. Dan ligt het voor de hand om de tuin weer in te gaan. "Mijn vader (die tomaten en druiven teelde) had de zijne inmiddels verkocht, niemand van ons wilde ‘m overnemen. Dus ik ben bij andere tuinders aan de slag gegaan.
Na verloop van tijd wilde ik wel verder, dus ik huurde een tuin en later heb ik er één gekocht. Vervolgens heb ik vijftien jaar voor mezelf anjers en fresia’s geteeld. Maar na vijftien jaar was het op. Er moest steeds geld bij, dus ik ben gestopt."
Hij vond het vreselijk. "Kijk, tuinder zijn is geen baan, het is je leven. Je geeft niet alleen je werk op, maar ook je toekomstdromen en zelfs je huis. Want we woonden op de tuin en daar moesten we dus weg. Dan laat je alles achter en met een vrouw en drie kinderen moet je opnieuw beginnen. Gelukkig kon ik het financieel goed afwikkelen zodat we geen schulden hadden en we konden zelfs een huisje kopen. In het dorp, dat wel. Dat was ook wennen. Ik had altijd in het buitengebied gewoond. Maar uiteindelijk viel dát nog mee."
Lees hier het hele interview bij Rodi.