Tholen - Anne Schmitz heeft een afstudeerscriptie geschreven voor de master Management of Innovation aan de Erasmus Universiteit in samenwerking met HortiTech. Het onderzoek is gericht op de kennisoverdracht van Nederlandse tuinbouwbedrijven naar Marokko met als doel om de Marokkaanse tuinbouw te moderniseren en de Nederlandse markt te verbreden. Ze heeft specifiek onderzoek gedaan naar de invloed van de Nederlandse en Marokkaanse cultuur op de innovatie van de Marokkaanse tuinbouwsector in de Sous-Massa regio. In het bedrijfsleven in de Nederlandse tuinbouwsector is daar wel een gevoel over, maar dat wordt vaak onderschat. Het onderzoek komt vooral met een aantal aanbevelingen voor Nederlandse bedrijven die in Marokko willen gaan werken. De data is vergaard tijdens een 9 daagse trip naar Marokko en interviews met Nederlandse tuinbouwbedrijven.
Anne geeft haar eindpresentatie voor de stakeholders.
Uit het onderzoek blijkt dat er grote verschillen zitten in waar beslissingen worden gemaakt in het bedrijfsleven in Nederland en Marokko. Uit het onderzoek naar kennisoverdracht van Nederlandse tuinbouwbedrijven naar Marokko blijkt dat er in Marokko vooral een top-down structuur heerst. Nederlandse bedrijven hebben vooral contact met mensen onderin de organisatie in Marokko. Dat zijn vaak niet de mensen die beslissingen mogen nemen over innovaties in Marokko. De afstudeerster merkt dat in Marokko innovatie-beslissingen vooral door mensen worden genomen die hoog in de hiërarchie functioneren en niet altijd de problemen in de praktijk kennen. Maar die kiezen vaak voor technologie die volgens lokale Marokkaanse tuinders niet echt probleemoplossend is. De lokale Marokkaanse tuinders willen juist meer innovaties in water, want dat is een groot probleem in Marokko.
De studenten in het World Horti Center.
Masculine cultuur
Marokko is volgens de afstudeerster bezig met het opbouwen van kennisexpertise. Samen met universiteiten wil Marokko onderzoek doen naar nieuwe technologieën, die juist toepasbaar zijn in het Marokkaanse klimaat. Het demonstreren van nieuwe technologie is in Marokko heel belangrijk. Er heerst daar namelijk een masculine cultuur, waardoor de onderlinge concurrentie tussen tuinders groot is. Tuinders zullen daarom via een goede demonstratie overtuigd moeten worden van nieuwe technologie voordat ze deze gaan gebruiken. Dat is ook te zien op het gebied van kennisuitwisseling. "In Nederland zijn we daar relatief open in, maar in Marokko is men juist gesloten wat betreft kennisuitwisseling."
Tuinders in Marokko zijn op de korte termijn gefocust. Ze focussen op de problemen van vandaag en morgen en niet op die van 5 of 10 jaar. De afstudeerster vertelt: "Met die problemen zijn ze bijna niet bezig. Bepaalde belangrijke investeringen worden daardoor niet gedaan. Het helpt enorm als er inzicht gegeven wordt in de terugverdientijd van investeringen. Wat zijn de kosten voor tuinders en wat levert het uiteindelijk op? Het inzichtelijk maken van het kostenplaatje is voor Marokkaanse tuinders belangrijk om te investeren in technologie." Op dit moment is te zien dat Nederlandse telers met het stijgen van de gasprijzen aan het kijken zijn of ze in Marokko kunnen gaan telen. Daarmee zouden ze in de winter voor meer inkomsten zorgen.
Kassen in Marokko
Studiereis
Haar thesis was onderdeel van een multidisciplinair thesis programma. Daarom is ze met een groepje van 10 studenten naar Agadir in Marokko gegaan. Daar is de Hassan II universiteit bezocht die zowel bachelor- als masterstudies aanbiedt op het gebied van Agro-technologie. Ze vertelt: "We zijn op bezoek geweest bij tuinders om te kijken hoe een kas in Marokko eruitziet. Je ziet een grote technologische diversiteit in hoe de kassen ontwikkeld zijn. In de ene kas telen ze nog in de vollegrond terwijl in de andere kas al op substraat geteeld wordt. Die matten liggen vervolgens wel op de grond waardoor je nog steeds veel waterverlies hebt. Ook zijn er verschillen in netten om ongedierte buiten te houden. Die verschillen hebben we ontdekt door bij verschillende tuinders op bezoek te gaan."
Daarnaast heeft ze tijdens de studiereis veel stakeholdermeetings gehad onder andere met het ministerie van Agricultuur en Land voor de regio Souss-Massa rond Agadir. "Daar hebben we aan tafel gezeten met verschillende functionarissen binnen het ministerie. Maar ook bijvoorbeeld met de Water-Basin Agency. Die organisatie gaat over het distribueren van drinkwater. Ook zijn we op bezoek gegaan bij een incubator voor technologische innovaties. We hebben aangesloten bij een meeting van farmmanagers binnen de tuinbouwbedrijven."
Op bezoek in een kas in Marokko
"In Marokko kennen ze ook coöperaties, maar die hebben een andere structuur dan in Nederland. Een coöperatie in Marokko houdt in dat er één eigenaar is van die coöperatie en die coöperatie heeft meerdere vestigingen. In Nederland is de coöperatie een soort vereniging van verschillende tuindersbedrijven, waarbij iedereen eigenaar is. In Marokko is er één management of bestuur en daaronder vallen soms wel vijftig vestigingen. Per vijf tot acht vestigingen zit er dan een manager op de locaties."
Geduld, respect en het beheersen van de lokale taal
"Op dit moment zie je steeds meer een netwerkaanpak ontstaan. Een aantal Nederlandse tuinbouwpartijen heeft de handen ineengeslagen om zich samen meer in Marokko te gaan vestigen. Op die manier willen ze meer kennis delen over de aanpak in Marokko. Uiteindelijk is het belangrijk dat wij als Nederlandse bedrijven van elkaar gaan leren hoe je het beste in Marokko handel kan gaan drijven."
Een gevoelig punt is dat Nederlandse bedrijven soms mensen naar Marokko sturen die zich niet voldoende ingelezen hebben in de cultuur van Marokko. De Marokkaanse tuinders zal je echter op een andere manier moeten aanspreken dan een Nederlandse tuinder. Volgens Anne zit daar veel winst in hoe je zo’n handelsrelatie het beste kunt oppakken. Ze vertelt: “Dat moet je niet onderschatten. De aanname dat Nederlandse Marokkanen wel hetzelfde zijn als Marokkanen die in Marokko wonen, of dat telers overal hetzelfde denken en doen, zijn aannames waar je snel mee in de val kan lopen."
Nederlandse bedrijven sturen daarom vaak hun werknemers met een Marokkaanse achtergrond naar Marokko, vanwege de affiniteit met beide culturen. Daardoor kunnen ze soms sneller een handelsrelatie opbouwen. Zij worden in Marokko echter vaak gezien als Nederlanders. "Geduld, respect en het beheersen van de lokale taal of een contactpersoon met goede beheersing van de Engelse taal zijn de basis voor een vruchtbare relatie."
Jo van Nunen Thesis Award
Ieder jaar reiken Rotterdamse universiteiten de Jo van Nunen Thesis Award uit. Er is een onafhankelijke commissie die alle master scripties van het hele jaar analyseert. Het is een prijs voor het promotie-onderzoek dat de brug weet te slaan tussen theorie en praktijk. De thesis van Anne Schmitz is ook genomineerd voor deze award en de eerste week van oktober wordt de winnaar bekendgemaakt.
De groep studenten op bezoek in een Marokkaanse kas
Nederlandse groentetelers
De recent afgestudeerde vertelt: "Wat je nu ziet is dat wij in Nederland het gewoon vinden om kennis te delen terwijl dat in Marokko niet gebruikelijk is. In Nederland is altijd wel het uitgangspunt; als jij iets van mij leert, leer ik iets van jou (oftewel; iedereen heeft baat bij uitwisseling). In Marokko zien tuinders elkaar echt als concurrent. Het delen van kennis om de concurrent beter te maken is in Marokko op dit moment ondenkbaar.”
Anne benadrukt dat Nederlandse partijen er goed bewust van moeten zijn dat het frictie kan opleveren zodra ze kennis gaan delen met Marokkaanse tuinders. Die tuinders zijn het niet gewend om onderling kennis te delen. "Het is heel belangrijk om je bewust te zijn van het volgende: als ik met de ene in zee ga, wat betekent dat dan voor mijn banden met andere organisaties? Bespreek de grenzen van een samenwerking goed. Het komt iedere keer weer neer op respect tonen, de cultuur begrijpen en daarop inlezen en durven te vragen. Maak geen aannames. Omring je met kennis over de Marokkaanse tuinbouwsector zodat je met een goed gevulde rugtas op pad kan gaan."
Tenslotte vertelt ze: "In Marokko staan ze echt te springen om kennis uit Nederland. Ga die handelsrelaties verkennen maar bereid je goed voor op de Marokkaanse cultuur."
Het onderzoeksrapport van Anne is hier te bekijken.