Tholen - Vitensa gaat dit jaar voor het eerst een volledig jaar met bioteelt draaien. In 2022 zijn de eerste stappen als bioteler gezet, in wat op meerdere manieren een bijzonder seizoen was.
“We waren goed in wat we deden, maar zijn nu weer op nul begonnen.” Zo vat Operationeel Manager Geert Visker het in de laatste week van april samen in dit eerder in vakblad Primeur gepubliceerde artikel.
Het is eind april een jaar geleden dat de vaders van de huidige eigenaren de eerste planten in de grond zetten. André van der Knaap, de vader van eigenaar Dennis, en Peter Grootscholten, de vader van eigenaar Robin, kennen de teelt in de grond nog van vroeger. Voor de huidige telers, en ook voor Geert, is de teelt in de grond nieuw, en de biologische teelt helemaal.
Voor de bioteelt is de kas omgebouwd.
Toch kozen ze er bewust voor, in de zomer van 2021. De specialisten in snoeptomaten vonden dat ze een keuze moesten maken: of meegroeien met de teelt van snoeptomaten of specialiseren. Dat deden ze in Vierpolders in een kas van 7,2 hectare met verpakkingshal al, en doen ze nu met biologische glasgroenten. De kas is verdeeld in twee afdelingen. Ideaal om vruchtwisseling toe te passen.
Daar waar het ene jaar de komkommers staan, staan het andere jaar de tomaten, en andersom. Helemaal gelijk verdeeld is het areaal niet. Het betekent dat er eind april komkommers geoogst worden op 3 hectare, terwijl in het deel van 4,2 hectare de drie soorten tomaten ook goed beginnen te kleuren. Ook hier is de oogst al begonnen, maar heeft matig voorjaarsweer de oogst wel wat vertraagd.
Voor de bioteelt is de kas omgebouwd.
Onderschat
Afgelopen jaar begon de oogst bij de telers logischerwijs nog een stuk later. De kas moest, na keuring door bio-certificeringsinstantie Skal, eerst een half jaar leeg liggen. De telers kregen wel akkoord om ‘versneld’ om te schakelen. Na het verwijderen van de goten, het aanleggen van extra druppelslangen, het aanpassen van het verwarmingssysteem en het inrijden van compost, kon er gepoot worden. Niet lang daarna barstte de oogst los.
“Achteraf hebben we toen een beetje onderschat hoe snel het zou gaan.” Er was volop licht. “Heel anders dan toen we dit jaar zoals gepland de tomaten op 2 januari begonnen te poten.” In de tomaten zat de eerste tros vorig jaar heel snel aan de plant. “Zo snel, dat de trossen echt nog laag hingen.” Dat gaf uitdagingen, met oogsten en gewaswerkzaamheden. “We hebben er wel even koppijn van gehad, ja,” erkent de Operationeel Manager. “Toch hebben we onze eerste oogst met biologische tomaten en komkommers goed weggekregen uiteindelijk.” Het maakt dat de kersverse biotelers tevreden terugkijken op hun eerste (halve) jaar.
Vitensa teelt drie tomatensoorten. Het troscherryras Saopolo is daar één van.
Als snoeptomatenteler beschikte Vitensa al over een eigen verpakkingshal. Die hebben de telers aangehouden, maar wel anders ingevuld. De machines voor tomaten hebben plaatsgemaakt voor een verwerkingslijn voor komkommers. “Zo’n lijn neemt veel ruimte in beslag. Het klein verpakken van onze tomaten hebben we uitbesteed.”
De telers kozen voor de aanschaf van een bestaande verwerkingslijn. Eind april rollen hier de komkommers, die begin maart zijn geplant, over de lopende band, en over de draaitafel. Enkele medewerkers zijn bezig de komkommers te stickeren. “Dat doen we op verzoek van de klant, net zoals we de mogelijkheid hebben om komkommers te sealen.”
Vitensa teelt drie tomatensoorten. Het troscherryras Saopolo is daar één van.
Meeuwenpoep
Vanaf het moment dat Vitensa de keuze maakte om te schakelen naar biologisch, zijn de mensen op de werkvloer meegenomen in het bio-verhaal. “Het past goed bij onze slogan ‘Feel good vegetables’.” Sinds twee jaar organiseren de telers bijvoorbeeld informatiebijeenkomsten. “Dat doen we om de mensen die bij ons werken te vertellen waar we mee bezig zijn, en waarom. Eigenlijk zijn we hier sinds we bioteler zijn echt mee begonnen.”
Een belangrijke verandering sinds de omschakeling is dat de telers met meer vaste mensen zijn gaan werken. Robin komt op een buisrailkar voorbij gerold. “Je wilt de specifieke kennis die bij deze manier van telen komt kijken, in huis houden.” Afgelopen winter is dat goed gelukt. Driekwart van de mensen die ’s winters hun familie opzoeken in het buitenland, is teruggekeerd. Daarnaast kan Vitensa ook rekenen op hulp van specialisten in biologische bewasbescherming, bemesting en de bodem.
De eerste trossen Capricia-tomaten zijn klaar om te oogsten.
Op de bodem komen we korrels tegen. Geert legt uit dat het mestkorrels zijn. Die strooide de teler niet toen er nog op steenwol werd geteeld. “Met de teelt in de bodem hebben we moeten leren dat we verder vooruit moeten kijken. Je kunt minder snel schakelen, iets wat we op steenwol wel gewend waren.” Gevraagd naar de zo vaak gehoorde kenmerkende geur van het telen in de bodem komt hij bij een anekdote over meeuwenpoep uit. “Dat is een van onze meststoffen, net als kippenmest en Luzernekorrels. Voordat we een paar keer gesproeid hebben stinkt dat behoorlijk.” Lachend: “Gelukkig trekt de geur daarna ook wel weer weg.”
Arbeidstechnisch was de omschakeling naar bio ook een uitdaging, zelfs voor de telers die met de al arbeidsintensieve teelt van snoeptomaten wel wat gewend zijn.
Wat de telers leuk vinden aan de overgang naar biologisch telen is dat ze hierdoor ook weer meer contact met de handel hebben, én met nieuwe mensen. “Je spreekt weer andere toeleveranciers, omdat je met nieuwe technieken en systemen werkt.” De mensen komen, ondanks strikte hygiënemaatregelen, ook weer vaker op het bedrijf kijken.
Het management van Vintensa
“Je ziet dat retailers of mensen van handelshuizen er belang aan hechten om te zien hoe wij onze komkommers en tomaten biologisch telen.” De verwachting bij de mannen van Vitensa was dat ze met de stap naar biologisch meer vaste afzet zouden krijgen, vanwege meer contracthandel. Dat valt soms nog wel wat tegen. “Nu de komkommerprijs conventioneel zakt, zie je dat toch ook bij bio,” constateert Robin, nog altijd vanaf de buisrailkar. “Wat dat betreft is biologisch niet zoveel anders dan conventioneel. Wij zijn ervan overtuigd dat conventioneel en biologisch goed naast elkaar kunnen bestaan.”
Mooie, lange trossen van het snoeptomatenras Sweetelle. Een ras dat de telers al goed kennen, en waarvoor zij een ontheffing kregen om het ras ook biologisch te mogen telen.
“Minder gaat het niet worden”
Voor de afzet is men aangesloten bij Harvest House. De coöperatie was tot voor kort vooral bekend vanwege het grote conventionele kasgroenteaanbod, al was er al wel één bioteler met Tabos Eco. Inmiddels zijn dat er vier. Nadat Vitensa in 2021 besloot om te schakelen, werd niet veel later bekend dat er nog twee telers zich bij de coöperatie aan gingen sluiten met bioteelt. Het gaat om twee ervaren telers, BioVerbeek en Frank de Koning.
Geert geeft aan dat ze als biotelers regelmatig contact hebben en dat ze in Vierpolders ook van de collega’s kunnen leren. “We zijn ook direct in de gesprekken betrokken.” Samen stemmen de telers zo goed mogelijk hun producties af, om klanten optimaal te helpen. Valt er een keer een oogst tegen? Dan kijken de andere telers samen met Harvest House hoe ze toch zoveel mogelijk klanten tevreden kunnen houden.
Saopolo in de verpakkingshal, van waaruit ze naar Noordhuys Packing gaan.
In Vierpolders geloven ze in de groei van biologisch. “Minder gaat het niet worden,” zegt Robin over de marktontwikkeling die hij ziet. Hij weet dat het aandeel biologisch in land- en tuinbouw zo’n 4-5% is. Het EU-streefdoel van 25% in 2030 dat wel genoemd wordt, noemt hij nog wel ‘een uitdaging’. “De vraag is wie voor die groei gaat zorgen.”
Voor het verwerken van de komkommers werd in een bestaande lijn geïnvesteerd.
Vitensa wil in ieder geval een steentje bijdragen, met voorlopig komkommers en tomaten. Andere kasgroenten kunnen ooit ook een optie zijn, bijvoorbeeld om de grond gezond te houden. “Nu denken we daar nog niet aan,” geeft Geert aan. “Dat zou nog weer twee extra productstromen betekenen en het complexer maken. We zijn immers nog ‘bioteler in opleiding’, maar willen ook hier specialist in gaan worden.”
Dit artikel verscheen eerder in editie 5, 38e jaargang van Primeur. Zie hiervoor www.agfprimeur.nl.
Voor meer informatie:
Vitensa
Tuindersweg 5
3237 MB Vierpolders
T: +31 181 472 773
[email protected]
www.vitensa.nl