Het overschot naar de bodem per hectare landbouwgrond van stikstof is tussen 1990 en 2021 met 40 procent gedaald in Nederland. In 2021 was het overschot lager dan in 2020, door verschillende redenen. Waaronder het lage stikstofgehalte in gras en een kleiner aantal pluimvee en varkens in de landbouw. Voor fosfaat is het overschot voor landbouwgrond nagenoeg verdwenen. De aanvoer van deze stoffen gebeurt voornamelijk via dierlijke mest en kunstmest. De afvoer via gewasopbrengsten. Het Compendium voor de Leefomgeving deelt onderstaande statistieken.
Aanvoer en overschotten in 2021
Tussen 1990 en 2021 is de aanvoer van stikstof en fosfaat gedaald met respectievelijk 37 en 52 procent. De overschotten van deze stoffen zijn in deze periode verminderd met respectievelijk 40 en 94 procent.
Ten opzichte van 2019 was in 2020 het stikstofoverschot toegenomen. De belangrijkste reden is de toename van stikstof in kunstmest. Daarnaast werd er ook meer krachtvoer aangevoerd. In 2021 was het stikstofoverschot het laagst sinds 2014. In 2021 daalde de aanvoer van kunstmest en krachtvoer weer. Daarnaast was het stikstofgehalte in gras voordelig laag in 2021. Het fosfaatoverschot is in 2021 ook gedaald in vergelijking tot 2020, en is er nog maar 5 miljoen kg fosfor.
Stikstofplafond en fosfaatplafond
Met het stikstofplafond en fosfaatplafond wordt beoogd de mestproductie te beperken omdat anders de druk op de mestmarkt in Nederland te groot wordt. Via gebruiksnormen wordt het mestgebruik op landbouwgrond beperkt. Sinds 2018 liggen de productie van stikstof en fosfaat onder het plafond. In 2021 ligt de stikstofproductie ongeveer 7 procent onder het stikstofplafond en de fosfaatproductie ongeveer 14 procent onder het fosfaatplafond.
Afvoer
De afvoer van stikstof en fosfaat met gewassen is behalve van de mate van bemesting, het gewas en de grondsoort ook afhankelijk van de weersomstandigheden. Jaarlijks kunnen de gewasopbrengsten door wisselende weersomstandigheden sterk van elkaar afwijken met als gevolg schommelingen in de overschotten. Dit is ook duidelijk zichtbaar in 2018 met een lange droge en warme zomer. Dit heeft veel invloed gehad op de oogsten en grasvoorraden in 2018. Daardoor kon de landbouw minder stikstof opnemen. In 2021 was de totale oogst vergelijkbaar met de twee voorgaande jaren. Al zitten er wel variaties tussen de verschillende gewassen hoe goed het jaar 2021 voor de oogst was.
Opvallend is verder volgens het CLO dat bij de mesttoediening de stikstofemissie naar lucht sinds 1990 met 75 procent is afgenomen. Deze afname was het grootst in de eerste helft van de jaren negentig door de invoering van emissiearme toedieningstechnieken.
Bron: Compendium voor de Leefomgeving