Het Experiment gesloten coffeeshopketen van de Nederlandse overheid loopt opnieuw vertraging op. Het nieuwe startmoment waarop wordt aangekoerst is het eerste kwartaal van 2024.
Momenteel is slechts één van de tien uitverkozen telers met productie gestart. Eén teler is afgehaakt. Die teler wordt vervangen door de volgende op de lijst. Dit voorjaar werd nog verwacht dat het experiment in de tweede helft van 2023 zou kunnen starten.
In totaal elf gemeenten gaan meedoen. Aan toelating van een elfde gemeente wordt gewerkt. Het gaat om 'een grote stad'. In het coalitieakkoord is uitbreiding van het experiment met één extra grote stad afgesproken.
In een brief aan de Tweede Kamer afgelopen vrijdag schetsen de ministers Kuipers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en Yeşilgöz-Zegerius van Justitie en Veiligheid het nieuwe verloop van wat in de volksmond ook wel de wietproef heet.
Nieuwe startdatum
In de brief schrijven de ministers dat de telers die nog niet in productie zijn bezig zijn met voorbereidingen, zoals het verkrijgen van lokale vergunningen, de bouw van de locatie en het inrichten van de teeltfaciliteit.
Eerder starten met de experimenteerfase die aan de echte start vooraf gaat 'levert te veel risico’s op voor een goed verloop van het experiment', schrijven de ministers. Telers wezen de overheid erop dat 'het eerste kwartaal van 2024 het eerste moment zal zijn, waarop de kwantiteit, kwaliteit en diversiteit van de geproduceerde hennep en hasjiesj voldoende is' om te starten.
Problemen met bankrekening
Een aantal telers heeft problemen heeft met het verkrijgen van
een bankrekening. De ministers schrijven dat 'er geen sprake lijkt van een categorisch uitsluitingsbeleid, waarbij gehele sectoren worden uitgesloten bij alle banken.' De ministers zijn, in samenspraak met de minister van Financiën, in gesprek met de betrokken partijen
om te bezien op welke wijze de informatiepositie van banken tegenover telers kan worden verbeterd.
Lokaal eerder starten
Vanwege herhaaldelijk uitstel is de roep opgekomen om toch lokaal eerder te kunnen starten. Er is immers één teler (in Waalwijk) die al in productie is. Brabantse burgemeesters willen lokaal eerder starten. De overheid sluit bij dat initiatief om toch in 2023 te starten aan. De bedoeling is dat telers toch eerder coffeeshops mogen gaan beleveren. Gedurende deze aanloopfase kunnen telers de producten
beter afstemmen op de wensen van de consument en kan ook getest worden met het verplichte beveiligd vervoer en het track & trace-systeem.
Burgemeesters geven aan dat een latere start ten koste kan gaan van het draagvlak voor het experiment in hun gemeente. Deze zorgen begrijpen de ministers.