Tholen – “Als ik een Nederlandse teler zou zijn, dan emigreerde ik nog liever vandaag dan morgen”, stelt Aad van Ruijven van Hortipar. De reden? “De prijzen die Amerikaanse telers voor hun product krijgen zijn veel hoger dan in Nederland en daarmee is het daar veel makkelijker om in belichting te investeren. De terugverdientijd (3-4 jaar) is half zo lang als in Nederland. Dat zie je ook terug in de markt, waar het ene na het andere grootschalige glastuinbouwproject met belichting wordt gebouwd, recent nog AppHarvest.”
In de loop der jaren is de focus van Hortipar, een Nederlands belichtingsinstallatiebedrijf, steeds meer op het buitenland komen te liggen. De Verenigde Staten is de belangrijkste markt voor het bedrijf. Aad is er dan ook elke maand wel een week te vinden. Sinds kort namens Dutch Growing Solutions, een joint venture samen met eveneens Nederlandse GST Tuinbouwtechniek. Begin oktober werd door Aad (rechts) en Gert-Jan van Geest symbolisch de hand gedrukt en werd de joint venture een feit.
Onafhankelijk van derden opereren
Aad legt uit waarom die joint venture nodig is. “Wij verzorgen al jaren het complete belichtingsverhaal voor telers van advies over de keuze voor het juist type belichting en armatuur, het engineeren van de complete bekabeling, het prefab installeren van de bekabeling, installatie van de armaturen tot het zelf bouwen van de panelen, transport, en, dat is vrij uniek, zelf monteren op Amerikaanse bodem. Dat laatste kan namelijk niet zomaar als buitenlands bedrijf. De regels zijn er anders, strenger en omdat je er als Nederlander niet zomaar mag werken, heb je een Amerikaanse onderaannemer nodig.”
Hortipar werkte de laatste jaren steevast met dezelfde onderaannemer. “En dan leverden wij daarbij drie supervisors om het proces te begeleiden, advies te geven en de nodige handigheidjes mee te geven die bij het installeren van complexe belichtingsinstallaties horen.”
Nu de projecten in de Verenigde Staten echter dermate groot worden, kwam het moment daar dat Hortipar het risico niet meer kon lopen niet volledig zelf in control te zijn. “Afhankelijk zijn van één onderaannemer, dat kan niet meer. En zomaar even een andere zoeken, dat doe je ook niet als je als bedrijf wel vijf jaar garantie geeft op een installatie. Die moet hoe dan ook goed zijn.”
Eigen installatietak
Stap voor stap werd naar een eigen installatietak toegewerkt, Dutch Growing Solutions dus waar twee man aan de slag zijn gegaan. “Hortipar adviseert, Dutch Growing Solutions doe de engineering en daarna pikt Hortipar het proces weer verder op. Als Hortipar zijn we nu niet meer afhankelijk van derden en kunnen we meegroeien.”
Meegroeien met Equilibrium bijvoorbeeld, een grote investeerder die de nodige glastuinbouwprojecten financiert. “Sinds kort zijn wij voorkeursleverancier geworden. Equilibrium wil namelijk ook partijen aan zich binden en niet afhankelijk zijn steeds wisselende installateurs. Veel installateurs trekken naar de cannabismarkt, weg uit de glasgroenten. Wij doen dat bewust niet, want die markt kan over een aantal jaren zomaar eens over zijn volgens mij.”
Dat laatste hoeft men in de glasgroentenmarkt in de Verenigde Staten niet te verwachten, integendeel. “De Verenigde Staten barst van de ruimte om kassen te bouwen en men ziet steeds vaker in dat glastuinbouw een duurzame oplossing is. Bijvoorbeeld voor het waterprobleem, een van de redenen waarom ‘state of the art dutch greenhouses’ flink gepromoot worden.”
Local-for-local is ook echt een trend, ziet Aad. “Alleen dan wel op de Amerikaanse manier, dus een straal van 250 kilometer is dan al ‘dichtbij’. Om dat als Nederlander te begrijpen, moet je wel even een knop omzetten.”
Voor meer informatie:
Hortipar
www.hortipar.nl
Aad van Ruijven
[email protected]
Dutch Growing Solutions
LinkedIn