Bij het werken met semi-gesloten kassen is een van de grootste uitdagingen het in de hand houden van de luchtvochtigheid. Daarom deelt Godfried Dol, gespecialiseerd in het telen in semi-gesloten kassen, zijn kennis over dit probleem.
Voordat hij de diepte in gaat over wat luchtvochtigheid precies betekent, wil hij eerst een ander basisprincipe uitleggen.
Lage vochtigheid is een een plantaardige actie
"Op het eerste gezicht het lijkt alsof een lage vochtigheidsgraad als een generatieve impuls werkt. Het creëren van stress bij een plant is namelijk een generatieve actie. Als een plant echter te lang aan een situatie met een lage vochtigheidsgraad staat blootgesteld, gebeurt echter het tegenovergestelde. Een goed voorbeeld van deze tegenstrijdig lijkende opvatting is te zien bij tomatenplanten aan het begin van hun leven in een conventionele kas."
"In Nederland worden de meeste tomatenplanten gekweekt en aangeplant in november. De planten zijn dan groot (zie foto 1a) en beginnen te bloeien. Als het planten heeft plaatsgevonden, wordt de luchttoevoer van de kassen afgesloten wegens de koude omstandigheden buiten. Dit heeft als gevolg dat vocht alleen verdwijnt door middel van condensering tegen het glas of door lekkage."
"De enige luchtverplaatsing in de kas is op dat moment het resultaat van ventilatoren en convectie. Naar mate de planten groter worden, creëren ze meer vochtigheid in de kas. Na verloop van tijd moet de teler de luchttoevoer openen om zo de vochtigheid te verminderen. De meeste planten in de beginstadia brengen echter de meeste tijd door met weinig licht en een hoge vochtigheidsgraad."
Foto 1a en 1b: Landen met een glastuinbouwsector in opkomst planten kleinere planten aan dan landen met een goed ontwikkelde glastuinbouwsector.
"Vergelijk deze situatie nu eens met een land met een warmer klimaat, zoals bijvoorbeeld Sydney, Australië. In de winter zit de maximale dagtemperatuur rond de 20 graden Celsius. De lichtintensiteit zit rond de 700 watts/cm2. Voor landen met een glastuinbouwsector in opkomst is het typerend dat er een gebrek is aan veredelaars. De meeste telers moeten daarom noodgedwongen zeer kleine planten aanplanten, zoals te zien is in foto 1b."
"De combinatie van het warme weer, de hoge lichtintensiteit en het beperkte vermogen van de kleine planten om zelf voor verkoeling te zorgen dwingen de telers om de luchttoevoer te openen om zo een temperatuur te behouden van minder dan 30 graden Celsius. Onder deze omstandigheden daalt de luchtvochtigheid naar zeer lage niveaus, van minder dan 20%. Als de luchttoevoer wijd open staat, neemt de luchtverplaatsing ook toe. Planten reageren hierop door grotere bladen aan te maken. De grote hoeveelheden zonlicht geeft de plant hier alle gelegenheid toe, maar de prioriteit van de plant is om zichzelf koel te houden. Dit leidt tot prachtige dikke bladeren, die echter tegelijkertijd de plant zo vegetatief maken dat de fruitzetting van de plant hieronder te lijden heeft. De groene onderdelen van de bloemkelk zijn zo sterk dat de bloem zelf niet meer kan ontluiken (zie foto 2).
Foto 2, dichtplakkende bloemkelk als gevolg van vegetatieve groei met als verder gevolg een slechte fruitzetting.
Matige bestuiving leidt tot een ongebalanceerde plant, die steeds vegetatiever wordt. Telers in warme landen eindigen vaak met sterk vegetatieve planten. Dit is een van de reden waarom telers in deze landen kleinere oogsten hebben, ondanks dat ze veel meer zonlicht krijgen in vergelijking met een land als Nederland.
Niet alleen beperkt tot jonge planten of tijd van het jaar
Het probleem dat een lage luchtvochtigheid tot vegetatieve planten leidt, geldt niet alleen voor de tijd van het jaar of voor jonge planten. Als je in de zomer een wandeling door een Nederlandse kas maakt, zie je dat beplanting zo open is dat je van het ene eind van het pad naar het andere eind kunt kijken. Bij een kas in een warm klimaat is de begroeiing veel dichter, omdat de bladeren zo sterk ontwikkeld zijn.
Semi-gesloten kassen worden voor het grootste deel gebruikt in warmere klimaten. Bij deze kassen wordt het eerder beschreven effect des te sterker wegens het feit dat deze kassen meer luchtbeweging hebben. De planten worden meer geprikkeld, omdat er continu lucht langs de bladeren stroomt.
Er zijn veel manieren waarop een teler zijn jonge planten meer generatief kan maken. Veel van deze methodes, zoals het verwijderen van bladeren, het verminderen van de plantenvoeding of het aanbrengen van meer schaduw hebben als bijeffect dat de groei wordt beperkt. Dit zorgt ervoor dat deze middelen de plant in wezen tegenhouden in wat de plant hoort te doen, namelijk groeien.
Middelen voor meer vochtigheid
Een manier die steeds meer wordt toegepast bij semi-gesloten kassen is het verhogen van de vochtigheidsgraad. Dit verminderd de transpiratie van de planten, zonder dat ze stoppen met groeien. Terwijl de transpiratie wordt verminderd, wordt er minder energie door de plant zelf gebruikt om koel te blijven. Een manier om voor minder luchtvochtigheid te zorgen is om de muren nat te maken, ook als de buitentemperatuur aan de lage kant is. Dit zorgt ervoor dat meer koelere lucht binnen de kas stroomt, wat als extra voordeel heeft dat de ventilatoren minder hard hoeven te blazen. Het resultaat is minder luchtbeweging met meer vochtige lucht en daarmee ook minder noodzaak voor de plant voor veel transpiratie.
Bij conventionele kassen kan een hogere luchtvochtigheid worden bereikt door middel van verneveling. Dit wordt met name vaak toegepast bij jonge planten die nog niet een eigen klimaat kunnen creëren. De hogere luchtvochtigheid vermindert de transpiratie en zorgt er voor dat de luchttoevoer meer kan worden afgesloten. Het verminderen van de blaaskracht van de ventilatoren bij een semi-gesloten kas is min of meer hetzelfde als het gedeeltelijk afsluiten van de luchttoevoer bij een conventionele kas. Bij beide kassen is het gevolg minder wisseling in lucht, meer luchtvochtigheid en minder transpiratie.
Nu de noodzaak van een hoge vochtigheidsgraad is uitgelegd, kijkt Godfried in een volgend artikel in deze serie naar wat de juiste vochtigheid voor een semi-gesloten kas is. Ook kijkt hij naar het verband tussen de kracht van de ventilatoren en het verlies aan vochtigheid en naar hoe botrytis geen probleem is als 's nachts de vochtigheidsgraad wordt verhoogd in een kas.
Dit artikel maakt deel uit van een serie over het telen in een semi-gesloten kas. Lees hier meer over no-go's voor semi-gesloten kassen, koeling en het verschil tussen semi-gesloten en kassen met het Pad&Fan-concept en hoe teleurstelling door ongewenste luchtstromen kan worden vermeden.
Voor meer informatie:
Glasshouse Consultancy
www.glasshouse-consultancy.com
Godfried Dol
LinkedIn
[email protected]
+81 80 700 94 006