Vaak worden de waterstromen die hierbij vrijkomen, geloosd op riolering of oppervlaktewater, of komt het water via de ondergrond in het milieu terecht. In het project 'Voorkomen en bestrijden emissies kasteelten' zijn deze waterstromen gescreend op de aanwezigheid van gewasbeschermingsmiddelen, meststoffen en ontsmettings- en reinigingsmiddelen. Bij telers met verschillende reinigingsstrategieën zijn de waterstromen bemonsterd en is onderzocht of opvang en hergebruik van het water veilig zou kunnen zijn in de nieuwe teelt. Hierbij is niet gekeken naar de effectiviteit van de ontsmettingsmiddelen.
Reinigen kasdek
Voor het reinigen van het kasdek worden drie methoden toegepast: 1. Inspuiten van het glas met waterstoffluoride (FlusolForte) en naspoelen met water; 2. Inspuiten met ammoniumbifluoride (GS-4, Topcleaner, Eco-Forte) en naspoelen met water; 3. Schoonspuiten met heet water. De eerste twee methoden etsen het glas, waardoor het weer als nieuw is. Bij kasdekmateriaal met permanente diffuse of anti-reflectiecoatings zijn deze methoden niet geschikt, dan wordt meestal met heet water gereinigd. Een deel van het water wordt opgevangen in de condensgoten, de rest komt op de grond terecht. Risico's bij het hergebruik van het opgevangen water zijn de concentraties fluor (schadegrens 1 mg/L) en van roedes en goten losgekomen aluminium (schadegrens 25 µg/L) (rapport WaterWaarden, Groen Agro Control, 2013). Volgens loonwerkers wordt ongeveer 56 m3 water gebruikt voor het spoelen van 1 hectare glas. De analyses van het spoelwater dat hierbij vrijkomt lijken erop te duiden dat er minder gewasbeschermingsmiddelen in condenswater teruggevonden worden dan bij de laatste onderzoeken naar condenswater rond de eeuwwisseling. Wanneer het opgevangen water later in de teelt kan worden bijgemengd, is het mogelijk om onder de schadegrens te blijven. Enkele telers hergebruiken al water wat vrijkomt bij de reiniging van het kasdek.
Reinigen en desinfecteren irrigatiesysteem
Reinigen en desinfecteren van de irrigatieleidingen wordt over het algemeen gedaan met een behandeling met zuur en daarna met waterstofperoxide. Ook wordt soms in plaats hiervan gebruik gemaakt van ECA-water, chloordioxide of hypochloriet. Vaak worden de einddoppen van de leidingen afgedraaid en loopt dit water via de ondergrond weg. Een alternatief hiervoor is gebruik maken van een systeem waarbij een kraan fungeert als einddop in de teelt, die open kan worden gedraaid voor afvoer naar de drainopvang tijdens de teeltwisseling. Het water bevat zowel gewasbeschermingsmiddelen als meststoffen, en zou dus het beste gezuiverd kunnen worden voordat er geloosd wordt. Indien het water wordt opgevangen, kan het best gekozen worden voor reinigingsproducten die geen risico geven op schade tijdens de teelt.
Reinigen en desinfecteren teeltgoot
De teeltgoot wordt met hoge druk schoongespoten en ontsmet, door toevoegen van waterstofperoxide, hypochloriet, chloorbleekloog of ECA-water. Volgens loonwerkers wordt in het proces ongeveer 60 m3/ha gebruikt, waarvan slechts een klein deel via de draingootjes terecht komt in het drainsysteem. Het grootste deel van het water komt op de grond terecht. Ook dit water kan behoorlijke hoeveelheden gewasbeschermingsmiddelen bevatten en komt voor lozing terecht in het drainsysteem. Het moet daarom gezuiverd worden voordat het wordt geloosd. Schoonspuiten met heet water en ontsmetten van het water kan hergebruik mogelijk maken. Houd hierbij rekening met de meststoffen die met het water meekomen in het aanmaken van nieuwe voedingsoplossing bij de start van de teelt.
Spoelwater amaryllis
In de teelt van amaryllis wordt ieder jaar een derde van het bedrijfsoppervlak aan gewas gewisseld. Hierbij wordt direct ook het substraat gespoeld om af te komen van opgehoopte zouten, organische stof en gewasbeschermingsmiddelen. Hiervoor wordt 100 L/m2 water gebruikt, waarvan 90-99 L/m2 terug komt in het drainsysteem. Het spoelwater bevat ongeveer 2/3e van de hoeveelheid stikstof die vanaf 2018 jaarlijks geloosd mag worden en moet bij lozing gezuiverd worden van gewasbeschermingsmiddelen. Mogelijkheden om de hoeveelheid spoelwater te verlagen zijn:
- Gebruik goede kwaliteit gietwaterbronnen, dus geen oppervlaktewater (bevat relatief veel natrium);
- Pas de bemesting aan het einde van de teelt aan om ophoping in het substraat te voorkomen;
- Verwijder indien noodzakelijk tijdens de teelt 'selectief' natrium door bijvoorbeeld een loonwerker of een waterbehandelingsinstallatie ter plaatse;
- Indien spoelen toch noodzakelijk blijft bij de teeltwisseling, verwijder dan 'selectief' natrium en sla de rest van het spoelwater op voor hergebruik in de nieuwe teelt.