De verlaagde heffingen worden door de Europese Commissie (EC) getoetst op staatssteun. Voor dit proces heeft LEI Wageningen UR in opdracht van het ministerie van Economische Zaken onderzoek gedaan naar de energiekosten in de glastuinbouw en de extra kosten door het eventueel wegvallen van de verlaagde EB, zowel op sectorniveau als per bedrijfstype. Ook is gekeken naar de investeringen door de glastuinbouw die leiden tot reductie van de CO2-emissie en naar de effectiviteit van het CO2-sectorsysteem versus de heffingen EB en Opslag Duurzame Energie (ODE) op reductie van de CO2-emissie.
Kostenvoordeel verlaagde EB ruim € 100 mln
De resultaten van dit onderzoek zijn gebundeld in de nota 'Energiebelasting en de glastuinbouw'. Uit de resultaten blijkt onder andere dat het kostenvoordeel voor de glastuinbouw door de verlaagde EB over de periode 2014-2023 gemiddeld ruim € 100 miljoen per jaar bedraagt. Dit betekent ook dat de verhouding tussen de EB-kosten en de totale kosten van de glastuinbouw vergelijkbaar is met de andere energie-intensieve sectoren. Op bedrijfsniveau loop het kostenvoordeel uiteen van enkele dubbeltjes tot enkele euro's per m2. Ook blijkt dat de prikkel voor reductie van de CO2-emissie vanuit de verlaagde EB plus het CO2-sectorsysteem sterker is in vergelijking met de prikkel vanuit de niet verlaagde EB. Dit hangt samen met de tariefstructuur van de EB.Sector betaalt bij overschrijding CO2-emissieruimte
De verlaagde EB hangt ook samen met afspraken en convenanten tussen overheid en glastuinbouwsector over CO2-emissieruimtes, reductie van de CO2-emissie, verbetering van de energie-efficiëntie en verhoging van het aandeel duurzame energie en met het CO2-sectorsysteem. In het CO2-sectorsysteem gaat de sector betalen bij een overschrijding van de CO2-emissieruimte.Bron: WageningenUR